Op een dinsdag valt er een vreemde bol uit de lucht en alle dieren verwonderen zich erover. De spin eist het voorwerp op, omdat het in zijn web was gevangen, een web dat hij snel om het voorwerp heeft aangelegd. Hij verkoopt kaartjes aan lange rijen nieuwsgierige insecten om 'Wonderstad' te zien, tot er op een dag een monster met vijf poten komt. Bij de grafietgrijze spreads vol met delicate flora wordt alleen kleur gebruikt voor het voorwerp en de bladeren die als entree betaald moeten worden. Mooi wordt er gespeeld met perspectief als een mensenhand (het vijfpotige monster) de knikker opraapt, die als zodanig door de jonge lezer al herkend zal zijn. In de actie van de spin is door steeds een hogere entreeprijs te vragen enige maatschappijkritiek verwerkt (zeker als hij zijn bladeren, equivalent van geld, aan het tellen is). Aan het slot van het verhaal is te zien wat mensen allemaal verliezen (een vingerhoed, punaise, lego en zelfs een zakhorloge) en dat dit voor de insecten wonderlijke objecten zijn voor hun grote tentoonstelling. Groot vierkant prentenboek. Vanaf ca. 5 jaar.