De Zweedse Philippa (57) leeft teruggetrokken, nog steeds bij haar inmiddels oude pleegouders. Pa gaat naar een verzorgingshuis en daarna pakt onverwacht Ma haar biezen, inclusief het geld op haar bankrekening, steeds door Philippa aangevuld met het geld dat zij in een boekwinkeltje verdient. Maar dat baantje raakt ze kwijt omdat de boekhandelaar sterft. Tot overmaat van ramp blijkt Ma de huur maandenlang niet betaald te hebben; Philippa staat op straat. In het appartement op zoek naar een koffer stuit ze op een sleutel, een kinderjurkje en een foto van een meisje in dat jurkje. Philippa heeft aan haar vroege jeugd geen herinnering, maar weet dat zij dat kind is. Een tekst achter op de foto maakt dat zij op zoek gaat naar haar thuis, samen met twee onverwacht in haar leven opduikende vreemden. De auteur van een indrukwekkend aantal boeken levert hiermee een lekker weg lezende feelgoodroman af. Maar gezien de slordigheden, Philippa die in Filippa verandert, een hond die nu eens hij dan weer zij is en Valentijnsprijs i.p.v. Valentijnprijs op de achterflap duiden op haast, luiheid of desinteresse. Jammer.