Robbedoes en Kwabbernoot verliezen hun baan als jounalist. Robbedoes wil nu kunstschilder worden. Op zijn zoektocht naar het juiste schildersmateriaal komt hij in contact met circus Mondo en ziet hij zijn oude vriend Noë. Deze dompteur ontmoet plots zijn tienerdochter die hij jaren niet heeft gezien. Dan verschijnt er een reeks geheimzinnige schilderijen bij een galerie. Een sjeik wil er een fortuin voor betalen om zo de maker te achterhalen. De graaf van Rommelgem heeft andere problemen. Een onbekende paddenstoel duikt overal in de wereld op en verspreidt zich sneller dan zijn anti-Zwendelzwammen. Al aan deze inhoudsbeschrijving is te zien dat het te veel is. Naast de drie hoofdthema's (de dochter van Noë, de betoverende schilderijen en de paddenstoelenplaag) zien we ook nog het verval van België, de mooie lelijkheid van Brussel en een parodie van King Kong. Een overdaad aan informatie en verhaallijnen. De tekeningen maken daarentegen veel goed: prachtige platen van een hoog grafisch niveau gemaakt door de bekende Frank Pé, die bij het verhaal hulp heeft gehad van scenarist Zidrou. Los leesbaar naast het vorige deel, 'Kwabbernoot gaat trouwen' (2016)*. *2016-26-4701 (2016/40).