In deze roman voert Jan Siebelink de door wanen en dwanghandelingen geplaagde, 62-jarige vrouw Clara Hofstede op. Een gebrek aan aandacht van de elkaar verkeerd begrijpende ouders in haar jeugd, foute amourettes, een mislukt huwelijk, het verdwijnen van haar kind, vormen elementen van dit getourmenteerde leven. Wanneer zij in Den Haag voor het huis van Couperus (verwijzingen naar Eline Vere zijn talrijk) de schrijver Oscar Sprenger ontmoet, die met zijn roman 'Clara' ongeweten Clara's leven beschreven lijkt te hebben, zoekt zij verder contact met deze literaire schepper van haar persoonlijkheid. Romanpersonage en Clara vallen samen, literatuur wordt werkelijkheid. Alleen als Clara zichzelf verwondt, heeft zij contact met de werkelijkheid, kan zij voelen. In deze Haagse roman toont Siebelink zich de meester van de vertraging. Een mooie, dikwijls zinnelijke roman; de grenzen van literatuur en fictie worden afgetast. Dit bijna naturalistische portret is ook een hommage aan Couperus. Een zoektocht van een zichzelf verliezende vrouw naar een zingevend verband. Normale druk.