De charme van enkele romans van de Italiaanse Elena Ferrante (wie dat ook moge zijn, haar of zijn identiteit is nog steeds niet definitief vastgesteld) ligt ongetwijfeld in de uitvoerige, melodramatische beschrijvingen van de competitie tussen meisjes en vrouwen in een verstikkende sociale omgeving. Wie is mooier, slimmer, artistieker, interessanter, onafhankelijker, rebelser, doelbewuster, beter opgeleid - althans, in de ogen van de mannen die 'ertoe doen'? Ook deze roman is daar een onvervalst voorbeeld van en speelt zich wederom af in een door klassenverschillen vergiftigd Napels. Uit enkele details zoals de minirok van ik-verteller Giovanna Trada, blijkt in welke tijd dit verhaal zich ongeveer moet afspelen: ergens tussen eind jaren '60 en begin jaren '80. Giovanna wordt van papa's prinsesje een recalcitrante puber. Ze ontdekt dat haar vader het bestaan van zijn zus, haar ongeletterde tante Vittoria, heeft geprobeerd uit te wissen. Giovanna zoekt contact met haar, het startschot voor de ontdekking van een leugenachtige volwassenenwereld, waaraan zij onontkoombaar mee gaat doen. Een melodramatische Bildungsroman in Zola-stijl.