De Moskouse zakenman Vladimir (1950) krijgt in 1994 in de Siberische 'taiga' een relatie met de verlichte kluizenares Anastasia die hem een natuurlijke, ecologische, magische visie op ziekte en gezondheid leert, op het opvoeden van kinderen, op kosmische energieën en gedachtekracht. Het sprookje leek authentiek, inclusief de amateuristische schrijfstijl. De achtdelige serie werd wereldwijd populair, maar vanaf deel 4 viel Megre's broodschrijverij door gepraat over teleportatie naar andere planeten met boosaardige buitenaardsen door de mand. Het contact met de levende natuur wordt mooi beschreven. Ondertussen redt Anastasia met hulp van haar magische voorouders onze wereld van het kwaad. Ondanks veel quasispirituele sentimenten stelt de auteur toch boeiende fenomenen en familiewaarden aan de orde, maar ook is duidelijk dat het verhaal verzonnen is, een geromantiseerde utopische visie op hoe de oude cultuur van de Veden geactualiseerd kan worden in Rusland. Nog steeds leuk voor opvoedkundigen en idealisten ('Zoemende Ceders' en Terug-Naar-Het-Land beweging). Sluit aan op 'Wie zijn wij?'*. Normale druk. *2009-31-2949 (2009/40).