Een psychologische roman over identiteit, eenzaamheid en leven en dood. In 2013 werd in Rotterdam het stoffelijk overschot gevonden van een vrouw die al tien jaar dood was. In deze roman neemt de vrouw zelf het woord. Daarnaast wordt de roman bevolkt door daklozen, eenzamen en door de schrijver zelf. Het verhaal beweegt zich in de schemerzone tussen werkelijkheid en fictie en zoekt de grenzen van de verbeelding op. In een prettige stijl geschreven en geschikt voor een breed tot literair lezerspubliek.
Michiel Cox (1989) studeerde aan de Universiteit Antwerpen en de Toneelacademie Maastricht. Hij schreef korte stukken en reisverhalen voor De Standaard en publiceerde in verschillende literaire tijdschriften. In 2019 debuteerde hij met de roman 'Messias van niks', die werd genomineerd voor de Anton Wachterprijs. Hij woont en werkt in Rotterdam.