Het tekenen van manga-strips is helemaal in. Wie zelf aan de slag wil, kan inspiratie opdoen in talloze boeken. Mangaverhalen zijn altijd opgebouwd rond personages, zowel aardige als gemene. In dit boek draait het om helden en schurken. Stapsgewijs wordt eerst, met behulp van tekst en tekeningen, uitgelegd hoe je het hoofd en gezicht van voren, en profil of met driekwartaanzicht kunt tekenen. Vervolgens wordt ingegaan op gelaatsexpressies en de ogen. Tot slot zijn enige goede en slechte personages uitgewerkt en wordt de lezer gestimuleerd zelf figuren te bedenken. De schetsen met potlood kunnen worden ingekleurd met kleurpotloden, viltstiften of waterverf. Een woordenlijst, verwijzingen naar enkele Nederlandstalige websites en een register sluiten de uitgave af. Voor (aspirant) tekenaars zijn de voorbeelden goed bruikbaar, maar het boek is heel beperkt. Wie bijvoorbeeld ook een vrouwelijke c.q mannelijk actiefiguur*, monsters, robotten of dieren** in zijn strip wil verwerken heeft voor elk figuurtje een ander boek nodig. Voor tekenaars met een goede tekenvaardigheid vanaf ca. 12 jaar. *a.i.'s 2006-17-0-271 en 272. **zie a.i.'s deze week.