In Manchester gaan de achttienjarige Allie en haar twee vriendinnen opgedoft naar hun schoolfeest toe, uitgezwaaid door vader Steve, weduwnaar, en de 12-jarige Teagan. Dan wordt de transgender Allie doodgetrapt gevonden in het steegje achter de school. Een asielzoeker die getuige was en 112 belde is eerst spoorloos, maar als hij gevonden wordt, tekent hij een perfecte compositietekening van de daders. Inspecteur Donna Bell (met een echtgenoot die een dodelijk ongeluk veroorzaakte en thuis in het gips zit) wordt belast met deze hate-crime, en geassisteerd door de jonge rechercheur Jade, die eigenwijs is en onderwereldconnecties heeft. Dan is er ook nog de alleenstaande moeder die haar zoon herkende op tv en een medewerker van de politie met een eigen agenda. Het verhaal wordt vanuit meerdere perspectieven verteld, en Teagan en Jade zijn geweldige personages. De auteur (1956) van meerdere thrillers schrijft een mooi verhaal over verlies, verdriet en corruptie. Hoe ver ga je om een geliefde te beschermen? Ze pakt het onderwerp ‘transgender’ perfect aan en zorgt voor ontroerende momenten. Een mooie thriller.