Vier mannen en vier vrouwen hebben ieder een of meer bijdragen voor dit indrukwekkende boek geschreven. Ze bezochten landen zoals Ecuador, Irak, Nigeria, Iran, Oezbekistan, Pakistan, Saudi-Arabië en Zuid-Afrika en spraken met jonge en oudere mensen die vertellen hoe ze vervolgd, gemarteld en van huis en haard verjaagd waren, omdat ze Christus als hun Verlosser hadden aangenomen. Vooral als je moslim(a) was en je bekeerde tot het christendom was dat een grote stap, die vreselijke gevolgen kon hebben. In het gunstigste geval werd je door je familie uitgestoten, maar vooral bleek dat de familie en anderen alles in het werk stelden om je te doden. Het zijn vijftien openhartige en dynamische bijdragen, die bovenal indruk maken vanwege de Geest van de Heere God die bezit van mensen nam en ze tot grote daden in staat stelde. Het boek is ook een krachtige oproep voor de lezer ernst te maken met geloven en getuigen, ook in de eigen kerk, omgeving en werk.