De roman beschrijft de complexe weg die Yamaye (24) moet afleggen om haar ware zelf te vinden. Ze woont met haar vader aan de rand van Londen en bezoekt underground dansfeesten met haar vrienden. Op een avond ontmoet ze Moose, een meubelmaker en beeldhouwer. De twee worden verliefd, maar dan wordt Moose buiten zijn houtwerkplaats vermoord door de Londense politie omdat hij beschuldigd wordt van het aanvallen op een agent. Hoewel de zaak van Moose wordt overgenomen door een organisatie voor sociale rechtvaardigheid, wordt Yamaye wanhopig. Ze ziet dat racisme, armoede en angst, die de samenleving beheersen, ook haar leven vormgeven. Diepe frustratie brengt haar in beweging, en ze gaat eerst naar Bristol en uiteindelijk naar Jamaica om daar naar haar wortels ze zoeken. Het heeft de auteur zestien jaar gekost om haar persoonlijke ervaring in dit debuut te verwerken. Het resulteerde is één diepgaand en sfeervol geheel van rauw realisme, mystiek en fascinatie voor muziek. Het kan enige inspanning kosten om aan Caribisch Engels te wennen maar het is zeker de moeite waard.