Een toegankelijke historische roman over een vrouw in het Canada van 1881 en haar relatie met een journalist die vaak van huis is. Elsa, de jonge ik-verteller, wacht op haar vriend Paul, die met zijn strijdmakkers terugkeert naar Canada na zijn verslaggeving van de Boerenoorlog in Zuid-Afrika. Bij zijn thuiskomst blijkt dat niet alle vrienden de oorlog ongeschonden hebben doorstaan. Ondertussen grijpt de goudkoorts om zich heen in het westen van Canada. Elsa reist met haar pleegzus Kate naar een mijndorp op Vancouver Island, waar Kates man Dylan werkt. Else ziet hoe Kate lijdt onder Dylans onverantwoordelijke gedrag, zeker als Dylan gewond raakt bij een mijnongeluk. Paul gaat mee om artikelen te schrijven, maar Elsa heeft moeite met Pauls frequente afwezigheid vanwege zijn werk. Wil Elsa wel met Paul trouwen als hij zo vaak op reis is? Helder en in de eerste persoon geschreven, met enkele verwijzingen naar de christelijk religieuze beleving van de personages.