Mateu Torrent groeit op in een arm en naargeestig gezin in Catalonië. Van jongs af aan voelt hij zich een buitenbeentje en probeert hij te ontsnappen aan zijn milieu. Met succes: hij schopt het ver en sticht een fijn gezin. Toch blijft er iets knagen. Na het overlijden van zijn moeder (Joana) gaat hij op onderzoek uit en komt hij erachter dat zijn moeder tijdens de Tweede Wereldoorlog een korte, maar heftige verhouding had met een jonge Italiaanse matroos die in Catalonië was gestrand nadat het pantserschip waarop hij werkte tot zinken was gebracht door de Duitsers vanwege een wraakactie (Italië had een wapenstilstand gesloten met de geallieerden). Deze Italiaan is zijn vader. De roman beschrijft de zoektocht van Mateu en het verhaal van de Italiaanse matroos en van zijn romance met Joana, die toen al getrouwd was en een aantal kinderen had. De succesvolle schrijver (1954), van wie twee romans in het Nederlands zijn vertaald, baseerde zich op een waargebeurd verhaal. De roman leest vlot, maar is tamelijk lang van stof.