In deze roman uit 1987 vermengt Vargas Llosa op ingenieuze wijze feit en fictie. De hoofdpersoon is Saúl Zuratas, een Joodse jongen met een wijnvlek in het gezicht, die zich aangetrokken voelt tot de Amazone-indianen in het binnenland van Peru. De verteller - een soort alter ego van Vargas Llosa - is een van de weinige vrienden van Saúl en raakt mede door hem ook gefascineerd door deze indianen en met name het fenomeen van de verteller. Deze 'hablador' reist voortdurend door de jungle en houdt door zijn verhalen de herinnering aan het verleden levend. Het boek bestaat uit twee verhalen die in elkaar zijn gevlochten: de zoektocht naar Saúl en de monologen van de 'hablador'. Tegen het einde komt de aap uit de mouw. In zekere zin zou je dit boek kunnen opvatten als een voorstudie van 'El sueño del celta'*, dat in Congo speelt. Vargas Llosa (Peru, 1936) behoeft nauwelijks introductie. Hij won in 2010 de Nobelprijs voor Literatuur. *2011-04-1246 (2011/14).