Heeft religie in deze moderne tijd, waarin God steeds meer naar de achtergrond verdwijnt, nog bestaansrecht? Op deze vraag wil de Canadese katholieke filosoof een (bevestigend) antwoord geven. Hij doet dat door op zoek te gaan naar de wijze waarop het huidige 'exclusieve humanisme' tot stand is gekomen. Hoe kon het dat in de westerse wereld tot 1500 ongeloof niet bestond en dat het na 2000 daar eerder regel dan uitzondering is? Volgens Taylor zijn de veranderingen, zoals het toenemende belang van het individu en de verwetenschappelijking, niet naast, maar vanuit het christendom ontstaan. Daarom ook kunnen volgens hem wetenschap en religie (of spiritualiteit) naast elkaar bestaan. In feite is het genuanceerde, maar soms alle kanten uit meanderende werk een pleidooi voor religieuze diversiteit en tolerantie. Èn meteen ook een aanklacht tegen atheïstische denkers, zoals Daniel Dennett, die menen dat religie langzaam maar zeker gedoemd is te verdwijnen. Om het prikkelende boek, voorzien van noten en index, goed te begrijpen, is een behoorlijke filosofische en theologische bagage vereist. Verzorgde uitgave. Standaardwerk op theologisch/filosofisch terrein, dat gezien het niveau echter vooral voor specialisten geschikt is.