Een praktische handleiding van de Nederlandse spreektaal voor anderstaligen, met vele voorbeelden en vergelijkingen. Omdat de vergelijkingen bijna allemaal met het Engels zijn, moeten de anderstaligen wel in ieder geval het Engels uitstekend beheersen. Het accent ligt op aspecten van de gesproken of informele taal die in vele cursussen 'Nederlands als tweede taal' onvoldoende aan bod komen. De stijl is ongedwongen en vaak zelfs humoristisch, met veel voorbeelden uit het dagelijks leven. Ook schuttingtaal wordt uitgelegd en de auteur vertelt bij elke uitdrukking hoe erg het wel (of niet) is. Er wordt een moedige poging gedaan om de uitspraak van het Nederlands aan Engelstaligen uit te leggen. Daarna woorden de worden en uitdrukkingen alfabetisch gerangschikt. De schrijver is beroepsvertaler, van Britse afkomst maar inmiddels tot Nederlander genaturaliseerd, woont sinds 1983 in Nederland en komt uiterst deskundig over. Het boek is nuttig voor leraren en studenten van Nederlands als vreemde taal. Deze vierde druk is tamelijk ingrijpend herzien en aangevuld; de nieuwe spelling van het Nederlands is nu ook verwerkt. Vervanging aangeraden.