Dit prentenboek gaat over een jongen, Aron, die met zijn vader door het bos rijdt. Zijn vader vraagt hoe het op school was. Op school hebben ze het gehad over wat de kinderen willen worden als ze groter zijn. Maar Aron weet niet wat hij wil worden. Vader legt uit dat alle mensen gelijk zijn maar toch verschillend in wat ze leuk vinden. Er zijn kinderen die het leuk vinden om veel na te denken. Dat zijn de denkers. Ook zijn er kinderen die niet stil kunnen zitten, dat zijn doeners. En er zijn kinderen die in heel veel dingen goed zijn. Die horen en zien van alles, het zijn heel bijzondere kinderen. Deze mensen maken de wereld mooier en vrolijker als ze groter zijn, zij zijn de dromers. En Aron is er één van. Integer verhaal van een vader die goed inspeelt op de onzekerheid van zijn zoon. De tekst is poëtisch en laat de liefde van de vader naar zijn zoon zien. De illustraties zijn sfeervol, weelderig en dromerig. De illustraties bevatten veel kleur en zijn fantasievol als de gedachten van Aron worden verbeeld. Dan zijn er allerlei fantasiedieren te zien. Voor kinderen vanaf 4 jaar.