Over popmuziek wordt (te?) veel geschreven, maar dit boekje is zeer lezenswaardig. De auteur (1963) heeft een eigen blog over popmuziek en schrijft bijdragen in diverse bladen. Hij heeft de verhalen, die eerder op zijn blog verschenen, bewerkt en gegroepeerd rond thema's en dit werkt uitstekend. Zo begint het boek met 'Wat popliedjes met ons doen', waarin het in onze tijd nadrukkelijk aanwezige nostalgische element in de popmuziek op verrassende wijze wordt uitgewerkt, zoals de psychologie van het oproepen van jeugdherinneringen door bepaalde liedjes. De originaliteit van deze opzet blijft ook, naarmate men in het boek vordert, goed gehandhaafd. Zo passeren de muziekwetenschap, wat het betekent om fan te zijn, bandjes waarin (ruziënde) familieleden samenspelen, de (verdwenen?) protestsong, de verhouding tussen popmuziek en literatuur, de (ongeschreven) regels van de popmuziek - zoals zingen in het Engels - en de toekomstige ontwikkelingen, op onderhoudende wijze de revue. De auteur verstaat de kunst de lezer op lichtvoetige wijze, als ware hij een goede vriend, te vertellen over de charmes van de popmuziek, waarbij het wetenschappelijke aspect heel speels en tegelijk heel informatief, aan de orde komt. Het onderwerp zal zowel jongere als oudere popliefhebbers heel erg aanspreken.