Deze verhalenbundel is een coproductie van een ervaren schrijver (1950) uit Napels en een bekende architect en kunstenaar (1931) uit Milaan. De zesendertig korte verhalen - vaak niet langer dan een pagina - worden voorafgegaan door hetzelfde aantal tekeningen. De verhalen op de rechterpagina vormen de interpretatie van de kleurrijke, soms kinderlijke, tekeningen op de linkerpagina. De rode draad in de gedachten en overpeinzingen bestaat uit de angsten die ons van jongs af aan achtervolgen en waar we - naarmate we ouder worden - mee leren omgaan. Monsters vormen een metafoor voor deze angsten, die op afstand gehouden worden door duivelbewakers. De titel van de bundel verwijst naar de introductie en de eerste tekeningen. De verhalen gaan over onderwerpen waar de auteur vaak over schrijft: Napels, de schoonheid van de Vesuvius, de oorlog in Bosnië, de hechte band met zijn familie en vertalingen uit heilige geschriften, maar ook over actuele maatschappelijk thema's zoals de vluchtelingenproblematiek. Ze zijn soms moeilijk te volgen. Dat geldt ook voor de tekeningen van dichte lijnen en ingewikkelde doolhoven. Het unieke geheel geeft stof tot nadenken. Bijzondere coproductie van korte verhalen en tekeningen met meerdere lagen.