De hond Nell heeft een bijzonder goed ontwikkeld reukorgaan en dat zet hij in om als detective achter verloren dingen aan te gaan, bijvoorbeeld van zijn 'huisgenoot' het jongetje Peter die altijd van alles kwijt is. Dat doet hij van dinsdag tot zondag, maar op maandag gaat hij met Peter naar zijn school, waar kinderen hem uit allerlei boeken voorlezen. Tot op een maandag alle boeken verdwenen zijn uit de school en Nell als een ware detective samen met de kinderen op zoek gaat naar de dief van de verdwenen boeken. Zeer vlot en met veel vaart verteld verhaal met een goed gestructureerde spanningsboog. Het verhaal wordt verteld in gepaard rijm (aabb), zonder dat het gekunsteld overkomt, wat het voorlezen ten goede komt. Het positieve einde, waarbij de dief een bibliotheekkaart krijgt en dus altijd toegang heeft tot boeken, is helemaal passend bij het verhaal. Tekst en illustraties vormen een organisch geheel. De illustraties met de vele details bieden uren kijkplezier en kinderen zullen bepaalde boeken die in de illustraties voorkomen zeker herkennen. Vanaf ca. 4 jaar.