In deze informatieve prentvertelling over de winter weet sneeuwhaasje Nora (pas 6 maanden oud) niet wat er gebeurt als de bomen kaal worden. Van de spreeuwen die zich klaarmaken om naar het zuiden te vliegen, hoort ze voor het eerst over de winter. Zou zij ook moeten vluchten? Als ze de boomkikker tegenkomt die een plek zoekt voor zijn winterslaap vraagt ze zich af of ze ook een plek moet zoeken. Nora denkt dat de winter een gevaarlijk wezen is waar ze voor op moet passen. Gedurende het verhaal komt Nora allerlei dieren tegen waardoor ze steeds meer te weten komt over de winter. Uiteindelijk leert ze van een bruine beer dat ze zich voor niks zorgen heeft gemaakt. De winter is een periode, een seizoen. Nora hoeft zich niet voor te bereiden, haar vacht wordt vanzelf zo wit als sneeuw! In verhalende vorm wordt veel informatie over dieren en de winter gegeven. De paginagrote collageachtige prenten in natuurkleuren brengen de ontdekkingstocht van Nora mooi in beeld. Op vrijwel elke pagina is, in de illustratie, een tekst van zo'n acht regels opgenomen. Achterin staan 'Weetjes over dieren in de natuur' en 'Zo bereiden dieren zich voor op de winter' van een behoorlijk informatief niveau, geschikt als achtergrondinformatie. Geschikt om voor te lezen aan kinderen van ca. 5 t/m 8 jaar.