Aan de waterkant ontmoet Jan een meisje dat hij Vera noemt. Ze besluiten een vlot te bouwen en daarmee naar de overkant te gaan. Er voegen zich andere kinderen bij hen, zoals twee jongens met dertien bruine bonen en een meisje, Willie, dat een zwarte vogel heeft. Deze vogel, Ka, brengt hen een takje met rode balletjes - kersen. Ze komen van de overkant, waar de kinderen uiteindelijk ook belanden. Het verhaal ontpopt zich als een ecologische variant op het zondvloedverhaal uit de Bijbel. Er is iets ergs gebeurd, al weten de kinderen niet precies wat. Het bleef onophoudelijk regenen en er is geen olie en geen elektriciteit meer. In wisselwerking met de natuur en vertrouwend op elkaars inventiviteit nemen de kinderen zich voor aan een nieuwe wereld te bouwen. Het verhaal wordt verteld in korte zinnen met veel dialoog; een krachtige spanningsboog ontbreekt. Er komt slechts één volwassene voor in het verhaal, een visser die met zijn boot in een hoop troep is gestrand. 'We hebben het verkeerd gedaan,' zegt hij. Bijzonder mooi verzorgde uitgave, gedrukt op crèmekleurig stevig papier, met sfeervolle kleurenillustraties. Vrij kleine druk. Voorlezen vanaf ca. 8 jaar, zelf lezen vanaf ca. 9 jaar.