Deze indrukwekkende wetenschapsgids, van kolossale omvang, wandelt langs het wiskundige pad richting de fundamentele wetten van het heelal. Het samenspel tussen wiskundige ideeën en werkelijk gedrag van de fysische realiteit leidt ons door dit boek heen. Wiskundige abstracties zorgen voor een diepgaand begrip van de wetten die de fysieke wereld besturen. Daarom zijn de eerste zestien hoofdstukken gewijd aan zuiver wiskundige concepten, zoals Riemann-oppervlakken, n-dimensionale variëteiten, vezelbundels, ijkverbindingen en vele andere verwante ideeën. Gevolgd door een aantal thema's in theoretische natuurkunde, zoals supersymmetrie, inflatie-kosmologie, oerknal, zwarte gaten, snaar-, twistor- en kwantumtheorie. Vele illustraties helpen de wiskundige begrippen en formules te verhelderen. Maar toch blijft het een uitdagend boek zelfs voor de lezer die met het wiskundige formalisme redelijk uit de voeten kan. De auteur is een van de meest vooraanstaande wetenschapsbeoefenaars, die samen met Stephen Hawking de 1988 Wolf Prize voor natuurkunde ontving.