Om China's huidige opmars in de wereld beter te begrijpen moeten we volgens Frans-Paul van der Putten (Clingendael) terug naar het begin van wat in feite een proces van bijna twee eeuwen is geweest. De Opiumoorlog van 1840 was het moment waarop China, uitgedaagd door het Britse imperium, zich pijnlijk realiseerde niet langer het vanzelfsprekende 'rijk van het midden' te zijn. Een zich mondialiserende handel en het ontstaan van een wereldpolitiek waren zaken die het als het ware had 'gemist', aldus de auteur, en die het eens zo machtige, welvarende land ertoe dwongen zijn positie in de wereld te herzien. Waar andere boeken het onderwerp vooral vanuit hedendaags perspectief behandelen, belicht Van der Putten dus de historische context, maar met een strakke focus op de relaties tussen China en de andere mogendheden - een geopolitieke analyse die, zoals hij zelf zegt, een aanvulling op de bestaande literatuur kan zijn. In de epiloog stipt hij de gevolgen aan van China's opkomst voor Europa, dat hij subtiel waarschuwt nu niet ook de veranderende machtsverhoudingen in de wereld te 'missen'. Met zwart-witafbeeldingen, eindnoten en een register.