Ben loopt met zijn moeder in het veld met hun hond Mirakel. Zij vertelt hem dat hij speciaal is en dat er niemand op de hele wereld is zoals hij. Deze gedachte maakt Ben eerder bang dan gelukkig. Zijn moeder probeert hem duidelijk te maken dat volgens haar iedereen uniek is en 'een beetje alleen maar ook samen'. Ze maakt hem duidelijk dat je helemaal uniek jezelf kunt zijn, maar dat dit niet betekent dat je je alleen of droevig moet voelen. Het gesprek eindigt met een omhelzing want, zo zegt Bens moeder, 'dan ben je niet alleen en dan ben (ik) niet alleen'. Dit mooie filosofische boekje heeft eenzaamheid en liefde als thema's. In eenvoudige zinnen laat de auteur zijn personages, en daarmee ook de lezer, nadenken over iets existentieels: elk mens is uniek en daardoor alleen, maar tegelijk ook verbonden met de aarde en met andere mensen. De één- tot zevenregelige tekst in blokletters lijkt met potlood geschreven, in overeenstemming met de zeer eenvoudige en erg passende grijze potloodtekeningen van Michal Rovner, een internationaal bekende Israëlische kunstenares. De vertaling is van Edward van de Vendel, bekende kinder-en jeugdboekenschrijver. Voor iedereen vanaf ca. 5 jaar.