De 24-jarige Therese (modeontwerpster) ligt in het ziekenhuis om te bevallen van haar eerste kind; haar man Wilco (hr-manager) staat haar zoveel mogelijk bij. Op de gang wachten haar vader Jacob (leraar en verwoed fotograaf) en haar rebelse zus Floor (ambtenaar) in spanning af; moeder Agnes is onvindbaar. Kort na de moeilijke geboorte van het kind duikt de getraumatiseerde Agnes, die een hechte band met Therese heeft, weer op. De roman heeft de bouw van een kaderverhaal: de dag van de bevalling (eerste en laatste hoofdstuk) vormt het raamwerk voor de verhalen over het wel en wee van Therese, Jacob, Wilco en Floor (aan hen wordt vier keer en in vaste volgorde een hoofdstuk gewijd). Agnes speelt in al hun verhalen een cruciale rol. Een strak gecomponeerde, indringende roman over gezins- en familieleven, moeder-dochterrelaties, trauma's, rivaliteit, eenzaamheid en verloren illusies, geschreven in een vlotte, compacte en licht ironische stijl. Van de journalist en columnist (1963) verschenen eerder drie romans, waaronder 'Donderdagmiddagdochter'* (2013). Goed geschreven verhaal dat past binnen het al enige tijd geliefde genre van de polyperspectivische roman. Fraai uitgevoerde editie. *2015-25-3475 (2016/02).