In dit boek gaat de auteur op zoek naar haar familiegeschiedenis, beginnend bij de eerste Reina (ook naam van auteur) in 1851 en eindigend met de geboorte van de auteur in 1951. De familie woont in Terneuzen. Het wel en wee van vier generaties komt voorbij, waarbij een dodelijk ongeluk met een koets die te water raakte er wel uitspringt.
Foto's geven de familieleden ook een gezicht. De auteur zit de personen dicht op de huid en daardoor leest het boek bijna als roman (veel dialogen en gevoelens). De auteur studeerde Engelse taal- en letterkunde en was werkzaam als docent en journalist. Hoe boeiend het boek ook geschreven is, de lezer kan blijven zitten met de vraag naar het 'waarom' van dit boek. Het documenteert een familie, maar wie, buiten die familie, zit hierop te wachten? Omdat het boek ook het leven in Terneuzen in de 19de en de eerste helft van de 20ste eeuw documenteert, zijn dat mogelijk ook de daarin geïnteresseerden. Het boek is goed geschreven en leest daardoor vlot, maar de gebruikerskring zal waarschijnlijk klein zijn.
Heraanbieding van 2018-46-1243 (2019/03) met nieuwe bespreking.