Bluesartiest Robert Johnson blijft na een eeuw nog steeds tot de verbeelding spreken. Hoewel hij kort leefde (hij werd 27 en hoort dus bij de ‘club van 27’) en een klein oeuvre naliet, duikt hij als personage nog steeds op in populaire cultuur en wordt zijn muziek regelmatig gecoverd. De Franse tekenaar Franz Duchazeau is gefascineerd door Johnson en maakte een prachtige zwart-witstrip over zijn leven. Het verhaal is biografisch correct; het vertelt over Johnsons armoedige jeugd zonder vader, hoe hij in één jaar fantastisch gitaar leerde spelen (met hulp van de duivel?) en als volwassen man rondreisde met een gitaar en een fles whisky. We lezen vooral over zijn omzwervingen van schuur naar schuur waar hij populair is en wordt aanbeden door vrouwen. Ondertussen neemt hij wat platen op en zoeken een paar muziekproducenten uit New York hem, zonder dat hij dat door heeft. Duchazeau heeft een fraai getekend en soepel verteld verhaal neergezet over een mysterieuze blueslegende, waardoor je nieuwsgierig wordt naar zijn muziek. Zeer lezenswaardig, ook voor wie de muzikant nog niet kende.