De 59-jarige familierechter Fiona Maye krijgt te maken met een huwelijkscrisis als haar man nog een keer de passie van een nieuwe verhouding wil ervaren. Ze verdringt een en ander omdat haar aandacht gevraagd wordt door een bijzondere zaak: de bijna meerderjarige Adam Henry en zijn ouders, Jehova's getuigen, weigeren een noodzakelijke, levensreddende bloedtransfusie voor de aan leukemie lijdende Adam. Fiona's uitspraak komt tot stand na een bezoek aan de jongen in het ziekenhuis - waar ze elkaar vinden in een uitvoering op muziek van een gedicht van Yeats - en heeft grote gevolgen. Scherpzinnig en genuanceerd analyseert McEwan (1948) in prachtig proza de huwelijkscrisis, de tegenstellingen in het proces en Fiona's door deze zaak aangewakkerde verdriet om wat ze gemist heeft in het leven. Tegenover ratio en religie plaatst hij, niet voor het eerst, een geloof in de kracht van de kunst, met name klassieke muziek. Twee cruciale scènes balanceren op de grens van het geloofwaardige, maar de lezer accepteert ze binnen het kader van deze roman. Mooie roman, zeer geschikt voor leesclubs. Normale druk.