Dit eerste deel behelst de eerste vijftig verhalen van de beloofde honderd. In elk verhaal staat een christen centraal (meestal een bisschop, monnik, martelaar en/of reformator) en diens inzet voor God en de kerk. Het boek begint met de oude apostel Johannes op Patmos en eindigt halverwege de 16e eeuw, midden in de tijd van de Reformatie. Zowel bekende als onbekendere mensen uit de oude kerkgeschiedenis komen in een hoofdstuk aan bod. Vooral (de opkomst van) het protestantisme krijgt aandacht in deze voor de reformatorische lezers bedoelde uitgave, inclusief de telkens opnieuw benoemde wandaden van de roomse kerk. Opvallend is de keuze voor een apart hoofdstuk over Mohammed, die belangrijk genoeg wordt geacht om te worden vermeld. Het grote schisma van 1054 wordt jammer genoeg slechts zijdelings genoemd. De schrijfstijl is levendig, puntig en boeiend en de pagina's hebben een aantrekkelijke lay-out. In alles valt te merken dat er gedegen voorstudie is verricht naar de (herkomst van) overleveringen en de behandelde personen. Elk hoofdstuk bevat telkens een kleine kleurenillustratie of een foto, naast kaders met feitelijke en aanvullende informatie. De tijdlijn onderin voegt vrij weinig toe in deze verzorgde uitgave. Voor reformatorische kinderen van ca. 10 t/m 14 jaar.