Een indringende filosofische roman over voyeurisme en filosofische levensvragen. In deze roman trekt de hoofdpersoon zich in 1907 terug in een eenzame hotelkamer in een buitenwijk van Parijs. Door een gat in de muur kan hij de kamer naast de zijne ongemerkt observeren. Hij ziet een komen en gaan van verschillende mensen, vooral mannen die bij vrouwen zoeken naar een duister soort geluk. Hij ziet mensen in hun schijnbare eenzaamheid, hun verlangen naar intense liefde en hun vulgaire greep naar lyriek die hen tijdelijk gelukkig maakt. Deze realiteit, gezien door het verborgen gat, wordt voorgesteld als een hel. Het verhaal is geschreven als een lange interne monoloog, af en toe onderbroken door gesprekken die het hoofdpersonage opvangt. Origineel, talig en diep menselijk geschreven. Uitsluitend geschikt voor een literaire lezersgroep.
Henri Barbusse (Asnières-sur-Seine, 1873 - Moskou, 1935) was schrijver, scenarioschrijver, dichter en politicus. Hij schreef vele boeken. Zijn werk wordt in meer dan veertig landen uitgegeven.
'De hel' werd oorspronkelijk gepubliceerd in 1908.