Een boeiend tweeluik over twee - niet onbemiddelde - sociale vernieuwers: dominee Abrahram Rutgers van der Loeff (1808-1885) en de wollendekenfabrikant Herman Zaalberg (1812-1884). Van 1847 tot 1872 was Rutgers van der Loeff predikant van de Leidse Pieterskerk. Hij kende Zaalberg als secretaris van de Hervormde Diaconie, met wie hij werkte aan de oprichting van een bewaarschool voor de allerarmsten. Die kwam er, evenals een lagere school, een kweekschool voor kleuterjuffen en de kweekschool voor zeevaart. In 1863 verscheen een verzoekschrift aan de regering om kinderarbeid te beperken en schoolplicht in te voeren, wat resulteerde in het kinderwetje van Van Houten (1864). Gedurende 44 jaar maakte de dominee dagboekaantekeningen, die uiteindelijk in handen kwamen van een verre nazaat en naamgenoot Bram (1935-2020). Het manuscript werd gerestaureerd, getranscribeerd en online gezet, een enorme klus die tien jaar in beslag nam. De uitgave van dit boek maakte hij niet meer mee, maar de auteur Van Oosten heeft de drukproef kort voor zijn dood nog met hem doorgenomen. Het boek beschrijft het leven en sociale werk van beide heren aan de hand van het dagboek. Met illustraties in kleur en zwart-wit, en een literatuurlijst.