In dit 106e werk van 'de meester van de illustratieve soberheid' is konijn Nijntje Pluis de hoofdfiguur. Nijntje en haar twee vriendinnen zijn op kamp en zij schrijft hierover een brief naar huis. Ze verhaalt over alles wat ze meemaken. Over de vlinders, de wandelingen, over het vinden van een mooie steen, over een ontmoeting met een vrij rondlopende schildpad, het zwemmen, de leuke verhalen en het lekkere eten. Zoals gewoonlijk staat op de linkerpagina van het vierkante boekje een vierregelig vers in het bekende, lekker dreunende abcb-rijmschema. De illustraties in blauw, rood, geel, groen, wit, bruin, grijs en oranje zijn zwartomrand en hebben in hun eenvoud het karakter van pictogrammen. Het boekje zal iets toevoegen aan gesprekjes met kinderen in de voor- en vroegschoolse leeftijd over wat 'schrijven' eigenlijk is en waarom je dat doet, vooral als je ergens anders dan thuis bent. Vanaf ca. 3 jaar.