‘Wat bent u somber,’ zei de haas. ‘Wat scheelt eraan?’ ‘Niets,’ zuchtte de heks. ‘Maar het wordt weer winter. Bah.’ ‘De winter kan heel gezellig zijn.’ ‘Vind je?’ ‘We bedenken gewoon iets gezelligs,’ zei de haas. ‘Een feest met zijn allen, of...’ ‘Een feest?’ riep de heks. ‘Je denkt toch niet dat ik in de stemming ben voor een feest?’ In deze zesde bundel is de boze heks weer flink uit haar humeur. Ze rent urenlang oor het bos, terwijl ze beukennoten in kastanjes verandert en bosbessen in frambozen. De dieren durven hun huis bijna niet uit te komen. Gelukkig gaat de boze heks ook af en toe een weekje naar haar zus in het Zuiden en dan is het lekker rustig in het bos. Maar de boze heks heeft ook wel eens een goed humeur en dan geeft ze een groot feest voor alle dieren van het bos.