Kunstzinnig geïllustreerde bundel met merendeels bewerkingen van bestaande volksvertellingen en sprookjes zoals het verhaal over heks Baba Jaga en De knollenplant. In een nawoord geeft de schrijfster informatie over onder meer symboliek en magische getallen en verklaart ze waarom specifiek voor de kleinsten het accent is gelegd op rijm en herhaling. De fabelachtige vertellingen, waarin slimmigheid wordt beloond, hebben een fijne spanningsboog en sluiten aan bij de belevingswereld van kinderen. Sommige sprookjes kunnen echter beangstigen: dierenvrienden eten elkaar op en ook het wittebroodskind, bemind als een soort Pinokkio, wordt uiteindelijk opgegeten door een dier. De laatste zin is: 'Hap, zei de vos. Weg was het witebroodskind. En lekker dat het was!' Ook de 'eendenkuikens' (op de prent verbeeld met kleren) van een betoverde prinses belanden in de soep van een heks. De grote, collageachtige kleurrijke prenten beslaan enkele en dubbele pagina's. Grappig zijn de afgebeelde details van textiel zoals de Schotse ruiten en stukjes breiwerk in de kleding. Luxe uitgave met een vintagelook. De bundel is verdeeld in 18 verhalen voor kinderen 'vanaf 3 jaar' en 18 verhalen voor 'vanaf 5 jaar', deze doelgroepen zijn wat aan de lage kant. Voorlezen vanaf ca. 5 t/m 8 jaar.