Zoals de titel (en ook de flaptekst) al aangeeft, is dit boek sterk schatplichtig aan de beroemde roman van Reve uit 1947. Deze 'pastiche' speelt in de laatste tien dagen van 2019 in Drenthe. Frits van Egters heet hier Egbert van Feeken. Evenals de romanfiguur op wie hij gebaseerd is, is Egbert gefascineerd door lichamelijk verval. De gebeurtenissen zijn duidelijke varianten op die bij Reve, een verschil is dat de aan zijn smartphone geklonken Egbert regelmatig seksueel belaagd wordt door de vrouwen die hij ontmoet. Stout drijft het spel met de klassieker uit onze literatuur zo ver dat de roman van Reve ook zelf een rol speelt in zijn boek en dat uiteindelijk - tijdens een Drentse literaire avond met de auteur van deze pastiche - Egbert (die in de zaal zit) in opstand komt tegen zijn schepper. Van de serieuze thematiek van Reve (levensangst, eenzaamheid) blijft weinig over in deze vooral komisch bedoelde variant. De Drentse auteur (1950) publiceert al sinds jaren literair werk in de streektaal en in het Nederlands dat voornamelijk bij zijn eigen uitgeverij verschijnt.