Nicola is Duitse, ze heeft Ozawa Yuki, haar Japanse vriend, in Berlijn verloren, waar Fumio Onishi, Yuki's vriend en haar tweede vriend, de concurrente Vietnamese maffia uitschakelde. Daarom moesten ze naar Tokio vluchten. Onishi is lid van de Yakuza, de Japanse onderwereld, die nog in de traditie zoals theeceremonies en oude vechtkunst verankerd is. Het is echter aan het veranderen. Ze worden door zijn leraar, Meester Harada opgevangen. Maar Obayun (leider) Takeda eist van Onishi een offer vanwege zijn actie in Berlijn, wat de laatste weigert. Zo stuurt Takeda, die aan de drank is en daardoor steeds meer onberekenbaar en driftig wordt, een groep mannen op hen af. Het omvangrijke geheel gaat uit van twee perspectieven: het doen en laten van Onishi en Karola, die kennelijk te veel vragen stelt en de monoloog van Harada over ethische en filosofische kwesties in het oude en huidige Japan. Dan vertelt hij over zijn nieuwe gevoel van verantwoordelijkheid voor zijn jonge zoon Nobu. Uiteindelijk lopen ze allen gevaar, ofschoon Harada probeert om Takeda op andere gedachten te brengen. Door Japanse termen zoals Nekodoshi-gumi, Zazen, Katana,gespekt, niet altijd even makkelijk te lezen.