Monografie over de schrijfster Cornélie Noordwal, die werd geboren in Den Haag (1869) en overleed in Parijs (1928). Hoewel haar romans diverse drukken beleefden, is haar naam zo goed als vergeten. Zij is niet in de literatuurboeken opgenomen zoals haar tijdgenoot Louis Couperus, die wel deel uitmaakt van de literaire canon. Wim Tigges (oud-universitair docent middeleeuwse en moderne letterkunde) kijkt na honderd jaar terug naar Noordwals oeuvre en plaatst het alsnog in de context van de Nederlandse en Europese literatuur. Hij typeert Noordwal als schrijfster van Haagse familieromans en feministische romans waarin vrouwen zoeken naar een plek in de maatschappij rond het einde van de 19e eeuw. Tigges’ boek bevat uittreksels van haar romans (inclusief citaten) waarin belangrijke thema’s worden behandeld, zoals man-vrouwverhouding tijdens het fin-de-siècle, Haagse standsverschillen en antisemitisme. Daarnaast onderzocht Tigges de receptie en de drukgeschiedenis van Noordwals romans. Een bibliografie verwijst naar meer info over deze auteur, die met deze uitgave toch weer in beeld komt.