Martin Hirsch (1963) is een Frans topambtenaar. Hij houdt zich bezig met werkloosheids- en armoedebestrijding. Hij is de geestelijk vader van de Revenu de Solidarité Avtive (RSA), een Franse bijstandsuitkering. In 2018 wordt hij er door een jonge schrijver publiekelijk van beschuldigd diens vader te hebben vermoord. Hirsch besluit in de tegenaanval te gaan, en wel door een roman te schrijven over die zogenaamde moord. Hij vertrekt naar het Noord-Franse dorp waar de vader woont, en organiseert meetings in het plaatselijke café met de arme en werkloze inwoners. Zij vormen een soort Gele Hesjes avant la lettre. In de Franse media wordt de roman een thriller genoemd, maar erg spannend wordt het nooit. Het boek is een samenraapsel van discussies en beschouwingen over werkloosheid en armoede, de nogal povere intrige en brieven aan de Franse Officier van Justitie over de zogenaamde moord. Hirsch zal vast veel plezier hebben beleefd met het schrijven, maar of de lezer hetzelfde ervaart is de vraag. Het boek kan lezers met belangstelling voor Franse sociale politiek interesseren.