Geïnspireerd door de site van Debbie Bliss, een Nieuw-Zeelandse brei-ontwerpster, ontstond dit boek over de breiende vrouwen in Carso, een fictief plaatsje op de noordwest eilandengroep van Schotland. Een romantische chicklit, het genre van deze Schotse auteur, over de dertigjarige Gertie, die bij haar moeder en oma woont. Zij is een dromerige vrouw, die verliefd wordt op de eigenaar van de lokale vliegtuigmaatschappij, gerund door de oude schoolkennis Morag. Als haar wordt gevraagd in te vallen voor een zwangere medewerkster, stemt zij toe. In het tweede deel gaat een schoolklas met het kleine vliegtuigje naar de bergen voor een klimtocht van twee dagen. Het weer slaat om, een hevige sneeuwstorm isoleert de kinderen daar. Het is ijzig koud en de kinderen kunnen alleen met een soort harnas naar beneden worden gebracht. Gertie gaat daarbij helpen en zorgt voor de door bevriezing bevangen klassenleraar, ook een oude schoolkennis. De hechte gemeenschap met de breiende en roddelende dames wordt uitstekend geschetst, evenals de schoonheid van dit gebied.