De beroemde Amerikaanse kunstenares Sylvia Wren leidt al decennialang een kluizenaarsleven in New Mexico. Tot een journaliste ontdekt wie ze is: Iris Chapel, de enige van zes dochters van een steenrijke wapenfabrikant uit Connecticut die haar jeugd overleefde. Ze beschrijft wat er toen is gebeurd. Hoe de zes zusje in de jaren vijftig geïsoleerd opgroeien met een dominante vader en een verwarde moeder die overal geesten ziet en in een inrichting verdwijnt. Ontsnappen uit de gouden kooi waarin ze opgroeien kan alleen via trouwen. Volgens hun vader ook het enige doel voor meisjes. Maar, zoals hun moeder al voorspelde, vijf van de zes meisjes overlijden op geheimzinnige en tragische wijze vlak na hun huwelijk of bij plannen daartoe. Alleen Iris ontkomt aan de familievloek. Vlot geschreven en lekker weglezend gothic verhaal met een feministisch sausje. Bloemen spelen een belangrijke symbolische rol. Het opgroeien als meisje in de jaren vijftig is sfeervol beschreven, de lezer laten griezelen wil niet zo lukken. Met nawoord van de schrijfster over haar inspiratiebronnen.