Tarek, twaalf jaar in 1961, groeit op in Caïro en is voorbestemd om arts te worden. Naast het werk in de praktijk van zijn vader richt hij in de sloppenwijk Moqattam een kliniek op en werkt daar één dag per week. In 2001 ontmoet hij er de vijftien jaar jongere Ali en belooft diens ernstig zieke moeder om hem onder zijn hoede te nemen als zij er niet meer is. Hij kan niet bevroeden dat die belofte zijn leven en dat van zijn familie voorgoed zal veranderen. De lezer komt terecht in een magistraal verteld verhaal over onmogelijke liefde en heersende conventies waarvan het heel lang niet duidelijk is wie het vertelt in de tu-vorm. Met zorgvuldig gekozen woorden, in een geciseleerde stijl vol humor en gevoeligheid volgen we niet alleen het leven van de hoofdpersoon, maar krijgen we ook een inkijkje in de Egyptische maatschappij van 1961 tot 2001. Het boek is opgedeeld in drie ongelijke delen: Toi, Moi en Nous. Tot op de laatste bladzijde weet de schrijver te boeien naar een verrassend einde. Een opmerkelijk debuut dat terecht bekroond is met o.a. de Prix Fémina des lycéens 2023. Duidelijke druk.