Een te herbouwen straat in het verwoeste Berlijn krijgt de naam van kunstschilder Caspar David Friedrich (1774-1840). Een volle zaal wacht op de openingstoespraak van een Oostduitse dichter. Die legt uit dat hij vanuit een recente bezichtiging van het romantische oeuvre van Friedrich associatief zijn relaas zal opbouwen en relaties tussen heden, verleden en toekomst zal belijnen. Zo herkent hij in de negen schilderijen zijn eigen levensroute, inspireert de ruïne van een oud klooster, gesloopt door tijd en arrogantie, hem tot de gelijkenis met het puin rondom. Veelzeggende mystieke landschappen! De val van de muur was het verlies van een droom. De intieme briefwisseling die de dichter jarenlang met een Westduitse vriendin onderhield, blijkt dan een illusoire projectie, maar ook een stimulans de scheuren in zijn leven te helen, de last van de herinnering om te buigen. Dromen, en dus deze schilderijen, tekenen onze natuur, dwalend tussen vergankelijkheid en hoop. Cécile Wajsbrot (1954; romans, essays, vertalingen), van Pools-Franse origine, woont afwisselend in Frankrijk en Duitsland.