Dit debuut is een viering van West-Afrikaanse mythologie (van de Igbo: een groep volkeren die in het tegenwoordige Nigeria leven). Het vormt daarmee een welkome representatie van zwarte cultuur in de jeugdliteratuur. Het verhaal draait om Cameron Battle, en om de verhalen over het verborgen koninkrijk Chidani waar Cameron en zijn vriend Zion mee opgroeien. Door magie komen Cameron, Zion en hun vriendin Aliyah in Chidani terecht. Daar ontdekken ze dat Camerons familiegeschiedenis onlosmakelijk met Chidani verbonden is. Cameron heeft magische gaven van zijn ouders geërfd om Chidani te redden van een intern conflict. Het verhaal gaat snel en heeft veel actiescènes met mild geweld. Terwijl Cameron alle spannende ervaringen én zijn emoties probeert te verwerken, groeit zijn zelfvertrouwen. Cameron heeft een tedere vriendschap met Zion en Aliyah, die qua vechtlust en moed absoluut niet voor de jongens onderdoet. De ontstaansgeschiedenis van Chidani is verweven met de werkelijke historie van slavernij en het boek legt grote nadruk op het belang van verhalen doorgeven van generatie op generatie. Vanaf ca. 13 jaar.