Boreas (12, ik-figuur) kijkt uit naar de tijd na de zomervakantie, want dan gaat hij samen met Merel naar de brugklas. Maar dan vertellen zijn ouders hem dat ze met hun zeilboot een tweejarige reis rond de wereld gaan maken en vallen opeens zijn plannen in duigen. Dan volgt een verhaal beschreven vanuit het perspectief van Boreas waarin hij zijn gevoelens verwoordt, aangevuld met dagboekfragmenten. Naarmate de reis vordert gaat Boreas ook de bijzondere en mooie kanten van zo'n tocht zien en beseft hij, bijvoorbeeld wanneer ze een jonge Soedanese vluchteling uit het water redden, dat zo'n avontuur niet voor iedereen is weggelegd. En gelukkig mag Merel tijdens de zomervakantie met hen meevaren. Behalve de avonturen op het water zijn er ook spannende belevenissen op het land wanneer de boot voor anker ligt. Vlot leesbaar verhaal, geschreven in de vorm van een dagboek/reisverslag, dat vooral kinderen die van zeilen houden, zal aanspreken. Voor degenen die nooit gezeild hebben worden veel zeiltermen besproken en uitgelegd via tekeningen en zwart-witte foto's. Tussendoor wordt ook een en ander verteld over de namen en betekenissen van de windgoden en de sterrenbeelden. Vanaf ca. 10 jaar. Kerntitel Kinderboekenweek 2019.