Lagos, Nigeria. Twee tienermeisjes, een tweeling, en hun twee nog jongere broertjes worden opgevoed door hun traditionele grootmoeder wanneer zowel vader als moeder hen kort na elkaar verlaten om elders het geluk te gaan zoeken. De vier kinderen vertellen in afzonderlijke hoofdstukken en in de ik-persoon elk hun verhaal met telkens enkele jaren er tussen. In een tijdsspanne van meer dan 20 jaar volgen we hen in hun zoektocht naar volwassenheid en geluk, met wisselend succes. Dit verhaal over armoede, familiebanden maar ook over fanatieke evangelisten is geschreven vanuit een arme context maar de thema's zijn universeel. Ook het bedreigd zijn van de traditionele gebruiken door de invloed van de Westerse maatschappij wordt aangehaald. De verhaallijn concentreert zich vooral op de meisjes omdat zij het zijn die in deze mannenmaatschappij het het hardst te verduren hebben, op seksueel maar ook en vooral op emotioneel vlak. Deze debuutroman is een aaneenschakeling van anekdotes en is de som van vier korte verhalen.