Thriller in historische context die zich afspeelt ten tijde van de zwaarste kernproef ooit. Op 30 oktober 1961 werd door de Sovjet-Unie boven Nova Zembla een waterstofbom tot ontploffing gebracht met een kracht van 50 megaton, tienmaal de kracht van alle explosieven uit de Tweede Wereldoorlog. De bom was ontwikkeld in Arzamas-16, een geheime stad in de bossen van Centraal-Rusland, waar door kerngeleerden van de Sovjet-Unie onder leiding van Andrei Sacharov intensief aan de bom was gewerkt. De kracht van de bom bleek zo groot dat Sacharov daarna weigerde ooit nog aan een andere bom te werken en zich ontpopte als een criticus van het Sovjetregime. In deze roman onderzoekt KGB-majoor Alexander Vasin in Arzamas-16 in de negen dagen voorafgaand aan de kernproef het overlijden van een kerngeleerde, die is gestorven aan een overdosis radioactiviteit. Vasin wordt voortdurend geschaduwd, afgeluisterd en tegengewerkt. Was het zoals de autoriteiten beweren zelfmoord? Of moord? De schrijver (1971) is journalist en historicus en heeft eerder non-fictieboeken over Rusland en Oekraïne gepubliceerd.