Om hun eenzaamheid te verlichten bereidt een groeiende groep gescheiden of verweduwde vrouwen in Allgäu gezamenlijk hun dagelijkse middagmaaltijd. Omdat hun kook- en eetgelegenheid al gauw te klein wordt, wijken zij uit naar een voormalig hotel waarvan de keuken nog volledig intact is. De in dit hotel gehuisveste Syrische vluchtelingen bereiden er ook hun maaltijden. Al kokend maken de Duitse en Syrische vrouwen kennis met elkaar en proeven elkaars lokale en Arabische gerechten. Die toenadering groeit uit tot vriendschap; het zout uit de titel is daarbij een motief. Deze toegankelijke, vlot vertelde en in het heden spelende verhaallijn sluit thematisch aan bij de goed ontvangen debuutroman 'Sungs Laden' (2015) van de Duitse auteur en japanoloog (1965). Ook daarin maken tegenstellingen tussen individuen of groepen uit verschillende culturen plaats voor toenadering en solidariteit. De tweede verhaallijn in haar jongste roman, gesitueerd in het zuidwesten van Duitsland ten tijde van de Boerenoorlog (1524-1526), doet geforceerd aan. Met verklarende woordenlijst en literatuuropgave.