Het verhaal beschrijft het leven van Andy Vlasveld, een eenvoudige Achterhoekse jongen die door een vreemde samenloop van omstandigheden een enorm fortuin erft en daarmee zijn droom, een groot landgoed verwerven en daar op grote schaal natuurherstel laten plaatsvinden, kan waarmaken. Hij krijgt te maken met tegenstand, boeren in de directe omgeving, criminelen die een deel van het fortuin bemachtigen en met een lange tijd onopgeloste moord op een buurvrouw. Ook onderneemt hij een speurtocht naar een verdwenen mede-erfgename. Het is een goed verteld en een in alle vele opzichten boeiend verhaal, waarbij men zich soms afvraagt of het niet te fantastisch is om geloofwaardig te zijn. De schrijver vertelt het verhaal alsof Vlasveld een werkelijk bestaande figuur is en met enorm veel details en namen. Hij gebruikt soms het in Victoriaanse romans gebruikelijke fenomeen van de 'intrusive author', de auteur die in zijn verhaal inbreekt om de lezers iets voor te houden. Dit doet nu gekunsteld aan. Het boek bevat ook nogal wat (technische) onvolkomenheden die een goede uitgever er wel had uitgehaald.