In het eerste deel van het verhaal groeit Loes op in een traditioneel gezin in een eenvoudig milieu in de jaren zeventig. Het verhaal begint wanneer zij twaalf is en een hoger schooladvies krijgt dan haar ouders verwachten. Loes zet alles op alles om haar milieu te ontstijgen. Ze schaamt zich er voor en verzwijgt het. Ze leert hard en gaat rechten studeren in Leiden. Niet omdat ze het leuk vindt, maar omdat ze verwacht daar een rijke man te ontmoeten. In een paar zinnen is Loes volwassen, getrouwd met Gijs-Jan en heeft kinderen. De tweede helft van het verhaal beschrijft deze periode tot een jaar of veertig. Houdt Loes het vol dit masker te dragen of niet? Het protestants-christelijke geloof speelt op de achtergrond een rol. De auteur (1953) schrijft christelijke romans, Bijbelse dagboekjes, kinderboeken en gedichten. Voor liefhebbers van bijvoorbeeld Gerda van Wageningen.